Landen- en Sectorrisico Barometer: Q3 2021 kwartaalupdate
Meer dan 18 maanden na het begin van de wereldwijde recessie die door de COVID-19-pandemie werd veroorzaakt, zet het economisch herstel door. Deze trend is voor een groot deel te danken aan de vooruitgang bij de uitrol van vaccins in de zomer, met name in de geavanceerde economieën, waardoor de mobiliteitsbeperkingen konden worden versoepeld. Dit zorgt op zijn beurt voor een opleving van de consumptie van diensten met een hoog contactgehalte, zoals de fysieke detailhandel, voedingsdiensten, accommodatie en recreatie. De hoge spaartegoeden die de huishoudens vorig jaar hebben opgebouwd - toen de consumentenbestedingen tijdens de strenge lockdowns sterk daalden en de inkomens stegen dankzij massale overheidssteun - zijn een belangrijke factor achter de opleving van de gezinsbestedingen in de geavanceerde economieën. In de opkomende economieën blijft de situatie heterogeen: deze opleving komt de exportgerichte landen ten goede, terwijl de van diensten afhankelijke economieën blijven achterlopen.
Ondanks de positieve vooruitzichten - onze prognoses voor de mondiale bbp-groei in 2021 en 2022 blijven ongewijzigd - stapelen de tekenen zich op dat het mondiale herstel aan dynamiek verliest. In de context van een aantrekkende vraag hebben uitbraken van pandemieën in kritieke schakels van de bevoorradingsketen geleid tot verstoringen van het aanbod, die op hun beurt de prijsdruk hebben aangewakkerd.
Verstoringen van de bevoorradingsketen als gevolg van congestie in havens, gebrek aan containers en schepen, alsook overbelaste productiecapaciteiten hebben geleid tot tekorten en prijsstijgingen, die de productie en verkoop van fabrikanten over de hele wereld beginnen te beïnvloeden. Het gebrek aan evenwicht tussen vraag en aanbod heeft geleid tot een stijging van de prijzen van grondstoffen en inputs, die in veel landen de inflatie aanwakkert omdat zij aan de consument worden doorberekend. Tegenwind in de vorm van bezorgdheid over het aanbod, tekorten aan arbeidskrachten en inflatie, naast de aanhoudende dreiging van COVID-19, maken de lijst van risico's en onzekerheden nog langer. Ondertussen draagt ook de economische vertraging in China bij tot een minder gunstig herstelmomentum.
In het derde kwartaal van 2021 heeft Coface, in het licht van het aanhoudende herstel, zijn risicobeoordelingen voor 26 landen, waaronder Duitsland (A2), Frankrijk (A2), Italië (A4), Spanje (A2) en Portugal (A2), opgewaardeerd. De sterke uitvoer van industrieproducten naar geavanceerde markten leidt tot opwaarderingen voor exportgerichte economieën in Centraal- en Oost-Europa (Polen, Hongarije, Tsjechië, enz.), in Azië (Zuid-Korea, Singapore, Hongkong) en in Turkije (B). Nadat vorig jaar in de nasleep van de pandemie 78 landenrisico's naar beneden werden bijgesteld, komen deze 26 opwaarderingen bovenop de 16 die al in de eerste helft van het jaar waren doorgevoerd. Dit kwartaal gaan ze vergezeld van 30 opwaarderingen van sectorale beoordelingen, die ook verbeteringen weerspiegelen na de wijdverspreide neerwaartse bijstellingen in de eerste helft van 2020.