#Economische Publicaties

Brussel zet de deur open voor een herziening van het verbod op voertuigen met verbrandingsmotor vanaf 2035

Geconfronteerd met ontevredenheid van sommige Europese fabrikanten, opent Brussel de deur voor een herziening van het verbod op de verkoop van voertuigen met verbrandingsmotor. Deze strategische aarzeling zou de energietransitie kunnen vertragen en de technologische kloof met Chinese concurrenten kunnen vergroten.

Een strategische verschuiving voor de Europese auto-industrie

Op 12 september heeft de Europese Commissie een ontmoeting gehad met de belangrijkste Europese autofabrikanten om de deadline van 2035 te bespreken. De fabrikanten willen het tijdschema voor het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen (BKG) herzien en pleiten voor uitbreiding van de verkoop van plug-in hybride elektrische voertuigen (PHEV's). Ze voerden hiervoor verschillende argumenten aan, waaronder onvoldoende binnenlandse vraag en steeds agressievere Chinese concurrentie. Ze hebben nu een vroege herziening van de herzieningsclausule van Brussel gekregen tegen het einde van het jaar, terwijl dit oorspronkelijk gepland was voor 2026.

 

De Europese markt in verval

De neerwaartse trend in de verkoop van nieuwe auto's werd in de eerste helft van 2025 bevestigd, met een daling van 2% op jaarbasis, na een vergelijkbare daling in 2024. Voertuigen met een verbrandingsmotor zijn nog steeds goed voor 40% van de verkoop1 en het einde van de verkoop zal naar verwachting de marktkrimp versnellen.

Tegelijkertijd daalde de Europese autoproductie in dezelfde periode met 4%, afgestraft door fragiele orderboeken en verslechterende exportvooruitzichten. Amerikaanse douanerechten van 15% wegen op de export van de Europese Unie.

 

De opkomst van Chinese fabrikanten

Chinese merken, met lage productiekosten en zwaar gesubsidieerd door de staat, winnen ondanks handelsbelemmeringen terrein in Europa. Ze zijn nu goed voor 13% van de verkoop van elektrische voertuigen in Europa, en hun lokale aanwezigheid via assemblage- en batterijfabrieken zou het industriële evenwicht van de sector kunnen verstoren.

Europese fabrikanten, die al verzwakt zijn door de elektrificatiedoelstellingen, worden geconfronteerd met directe concurrentie en een mogelijke her configuratie van de waardeketens van de auto-industrie, met name in Centraal- en Oost-Europa.

 

Een politieke context die minder gunstig is voor de 'Green Deal'

De Europese verkiezingen van 2024 resulteerden in een Parlement dat minder gunstig stond tegenover de milieu agenda van de Commissie. De centrale positie van de Europese Volkspartij en de verschuiving van Duitsland naar een conservatieve regering versterken de verdediging van de industrie ten koste van de klimaatambities. De verwerping van de versnelde procedure voor de klimaatwet 2040 in juli 2025 illustreert deze koerswijziging.

 

Naar een meer genuanceerde transitie

De doelstelling van 100% verkoop van nieuwe elektrische voertuigen in 2035 lijkt steeds onrealistischer zonder massale publieke steun. De verkoop van elektrische voertuigen zal naar verwachting in 2025 2 miljoen eenheden bereiken, wat neerkomt op slechts 15% van de nieuwe registraties. Voor velen zou het toestaan van de verkoop van hybride voertuigen (PHEV's) na 2035 een transitie betekenen die zeker minder ambitieus is, maar het Europese concurrentievermogen en de industriële capaciteit zou behouden en tegelijkertijd consumenten zou ondersteunen bij hun overgang naar elektromobiliteit.

De pragmatische integratie van de industriële realiteit en de trends in de automarkt in Europa zal bepalend zijn voor het succes of falen van de overgang naar volledig elektrisch.

Simon Lacoume, Econoom bij Coface.

 

> Meer informatie over de risico's van de automotive sector in onze analyse

1- 75% als niet-oplaadbare hybride auto's (HEV's) zijn inbegrepen.

Schrijvers en experts